Vogels in de Zegenpolder

Ingezonden
Het zal u niet zijn ontgaan; de Zegenpolder komt geleidelijk weer tot leven. Sinds de start van het experiment hoogwaardige akkernatuur 2017 wordt ruim 70 hectare anders beheerd, waarmee dit gebied zich onderscheidt van de reguliere akkerbouw. Dat werpt inmiddels vruchten af, van heinde en verre snellen de vogels richting Rhoon.

Dit jaar bleek uit onderzoek dat het aantal broedvogels in de Zegenpolder al met zo'n 30 procent is gestegen ten opzichte van 2017. Een prachtig resultaat voor zo'n kort tijdsbestek. Ook de nazomer en herfst brachten positieve berichten. Een reeks bijzondere migranten, vogels op doorreis van de broedgebieden naar de overwinteringsgebieden, deed de polder aan. Heeft u wel eens gehoord van een Groenlandse Tapuit? Een Morinelplevier uit Scandinavië? Of de Grauwe Klauwier, de Geelgors en het Paapje, soorten die onze regio al decennia geleden hebben verlaten als broedvogel? Voor de liefhebber waren zij te aanschouwen in één van de braakstroken of op de percelen waar bijzondere gewassen als koolzaad, veldboon of luzerne werden verbouwd.
Eind november was er zelfs nog een Fitis aanwezig, een typische zomergast die doorgaans in september al vertrekt richting de overwinteringsgebieden in zuidelijk Afrika. Dit is van eenzelfde kaliber als een zwaluw in deze tijd van het jaar. Afgelopen zaterdag deed daar nog een schepje bovenop toen lokale vogelaars een Gele Kwikstaart op de vogelakker vonden. Gezien het ontbreken van geel, de raspende roep en de lange achternagel gaat het mogelijk om een oostelijke soort. Inmiddels is een veertje verzameld; middels DNA-analyse kan de herkomst met zekerheid worden herleid. Indien het inderdaad een Oostelijke Gele Kwikstaart betreft is het de eerste keer ooit dat deze Nederland aandoet. De broedgebieden liggen op de steppen van oostelijk Rusland, Mongolië, noordelijk China en westelijk Alaska.
De vogels uit verre windstreken zijn een magneet voor vogelaars. Zondag, net na zonsopkomst, stond een auto vol vogelaars uit Groningen op de Essendijk. Honderden collega-ornithologen volgden later op de dag. Klaarblijkelijk kunnen landbouw, natuur en recreatie in harmonie samengaan.