Afbeelding

Niemand tot last

Algemeen

Toen we alle blijken van medeleven bij het overlijden van mijn vader in 1980 weer eens bekeken, vroeg ik mijn moeder: ,,Wil je begraven worden of wordt het een crematie?" ,,Ach, wat heeft een graf voor zin? Daar komt toch niemand naar toe," was haar antwoord. ,,Hoezo komt er niemand naar je graf?" probeerde ik. Waar zij treffend tegenin bracht dat wij als kinderen het inmiddels geruimde graf van onze vader nauwelijks hadden bezocht. Ik kende mijn moeder goed. Zij was moeilijk te doorgronden en verbeet de pijn van haar ernstige reuma in stilte. ,,Zonder graf ben ik niemand meer tot last," vertelde ze thuis zittend in haar aangepaste stoel.

Niemand tot last willen zijn was niet alleen een dagtaak van mijn moeder, ook veel mensen die voor en rond de Tweede Wereldoorlog zijn geboren willen niemand tot last zijn. Als ik dat hoor word ik opstandig en soms zeg ik: ,,U bent helemaal niemand tot last als u hulp vraagt of voor uzelf opkomt. U moet juist veel meer mensen tot last zijn!" Vaak schrikt zo iemand dan en geeft toe dat het moeilijk is om afhankelijk te zijn van mensen. Ik verklaar het als het trauma van de oorlog: niet opvallen, nergens tegenin gaan, niemand tot last zijn. Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg en vooral niet met je problemen te koop lopen. Prima manier van overleven in oorlogstijd, maar die oorlog is al ruim 74 jaar voorbij.

Iedere keer als in mijn werkkamer bij de printer kom, zie ik het rode Digros-tasje met daarin de urn met de as van mijn moeder staan. Na wat omzwervingen is die bij mij in huis gekomen. Haar as wacht al bijna vijftien jaar op uitstrooiing in haar geliefde bos. Eens komt die dag, maar tot die dag is ze mij niet tot last.

Advertenties uit de krant